Menu

“We maken ons sterk voor ons werk”

Artikel in het jubileumboek van Friso Bouwgroep, dat in 2021 75 jaar bestond. Interview met vestigingsleiding Friso Oost in Eibergen.

Interview in jubileumboek Friso Bouwgroep

Interview in jubileumboek Friso Bouwgroep

Iets maar dan tien jaar geleden liepen er twaalf mensen rond. Maar twaalf, kunnen we beter zeggen. Want inmiddels is Friso Oost gegroeid naar bijna vijftig mensen. Daar blijven ze zelf trouwens nuchter onder. Standplaats is tegenwoordig Eibergen, nadat jarenlang buurdorp Neede de vestigingsplaats was, onder de naam Schipper & Meijerink. Onder aanvoering van vestigingsleider Bram Timmermans en bedrijfsleider Herbert Reerink werkt het Achterhoekse Friso-team aan projecten in de industrie en utiliteitsbouw en voert het service- en onderhoudsklussen uit. Daarnaast ligt de focus op verduurzaming bij corporaties.

Dat het laatste betekent dat de blik van Friso Oost vooral op de toekomst ligt en op het duurzaam verbeteren van woon- en werkomgeving en  een steentje bijdragen aan het klimaatprobleem, wil niet zeggen dat Timmermans en Reerink in deze special over 75 jaar Friso het verleden weigeren te benoemen. Sterker nog: zonder verleden geen heden en ook geen toekomst. Bovendien: beide heren zijn sowieso niet van het stille soort, ze vertellen graag. Reerink: “We werken nu bijna acht jaar samen, Bram zit hier zelfs al 12 jaar.”

Timmermans kwam bij het bedrijf werken, toen het net overstapte van de naam Schipper en Meijerink naar Friso Oost. Midden in de kredietcrisis, die ook een crisis in de woningmarkt en de bouwsector betekende, maakte het bedrijf dus een transformatie door. “Friso had in Oost Nederland nauwelijks naamsbekendheid. Dat leek toen extra jammer, maar eigenlijk zijn we er niet slechter van geworden. De opdrachtgevers die we toen hadden, wisten we vast te houden. Dat zorgt ervoor dat we nu nog steeds doorlopende opdrachten hebben bij vaste partijen, zoals FrieslandCampina en verschillende zorgpartijen. Net als de corporaties zijn zij heel belangrijk voor ons.”

Groei ondanks recessie

Reerink: “Juist in de recessie groeiden we in omzet. Deels geluk, misschien. Maar ook omdat we toen al bij de juiste partijen zaten. Die vasthouden was heel belangrijk.” Timmermans: “Je kunt heel veel relaties hebben, maar wij hebben de relaties die we hadden vooral goed bediend. Van aanvraag tot nazorg, met een minimum aan opleveringspunten. Daar streven we ook naar. Als we klaar zijn met ons werk, gaan we met de stofzuiger langs de trap.” Reerink: “Mensen weten niet wat ze zien. Die kwaliteit moet je blijven leveren. Daar zijn we heel scherp op, van begin tot eind.”

Timmermans neemt weer over: “Bij aanbestedingen zie je vaak een strijd tussen aannemer en opdrachtgever. Wij werken veelal in bouwteam en langdurige contracten. Krijgen we een uitnodiging voor een project, dan denken we graag mee; we zetten dan de pet van de opdrachtgever op.” “Of de bril”, lacht de brildragende Reerink. “Je moet altijd vanuit de opdrachtgever kijken: welk niveau eist hij? Wij denken daarin mee, maar kijken ook naar de lange termijn, terwijl sommige opdrachtgevers eerder de korte termijninvestering in het oog hebben.”

“We hebben liefde voor het vak”, zegt Reerink. “We willen dus wel iets maken waar we achter kunnen staan. Zaak is wel dat een investering rendement moet hebben.”

Energetisch verbeteren

Over rendement gesproken: bij Friso Oost hebben ze zich speciaal toegelegd op verduurzaming en duurzaam bouwen. “Dan denk je vaak aan corporaties, maar ook bedrijven en instellingen kijken steeds meer naar – zoals dat heet – energetisch verbeteren”, stelt Timmermans. “Het is een bepaalde denkwijze. Hoe je bouwt en wat iets kan opleveren door er iets meer geld in te stoppen. Bij corporaties zie je dat aantallen belangrijk zijn. De woningen die we daadwerkelijk van het gas hebben afgeholpen de laatste jaren, kun je op de vingers van één hand tellen. Toch verduurzaamden we ongeveer 1500 woningen.”

Is er dan wel genoeg ambitie? “Corporaties staan nu op level F of G, maar ze gaan niet meteen naar A. Dus doen we vaak een tussenstap, door de schil aan te pakken: muur-, dak-  en vloerisolatie, bijvoorbeeld. En beglazing. Maar dan wel bij een zo hoog mogelijk aantal woningen. Zo maak je toch grote sprongen en hoef je nog geen warmtepomp aan te schaffen. Die is nu gewoonweg nog te duur.”

Hybride systeem

Reerink vult Timmermans aan: “Corporaties hebben gekeken naar de leeftijd van hun bezit. Bij woningen die over 10 tot 15 jaar rijp zijn voor de sloop is het pappen en nathouden. De volgende stap is om te kijken naar geschikte woningen voor een hybride systeem. Daar draaiden we afgelopen jaar een pilot mee. Zoals we ieder jaar iets bijzonders doen. Een hybride systeem is nu betaalbaar uit te rollen.”

Timmermans valt weer bij: “Maar je kunt een heel mooi hybride of zelfs gasloos systeem hebben, je hebt er niets aan als je schil lek is. Daar moet je dus eerst voor zorgen, de installatie is de volgende stap.” Zijn naam én beroep eer aan doend, vervolgt hij met een metafoor: “We leggen nu dus de fundering, de installateurs gaan het straks afbouwen. Overigens maken we in iedere woning nu al wel een gezond binnenklimaat, met CO2-gestuurde of wtw-ventilatie.”

Huurder centraal

Timmermans: “Een corporatie bepaalt hoe lang een huis nog mee moet en bepaalt wel label het huis moet krijgen. Dan is het aan ons als aannemer om daar een pakket voor samen te stellen. Daar ligt onze taak, we doen dat vaak in samenwerking met Reimarkt (zie kader), maar ook soms alleen. We hebben verschillende corporaties waar we voor werken, de een wil meer uitgeven aan wooncomfort voor de huurder, de ander meer aan labels.”

Reerink, die als projectleider bij veel verduurzamingsprojecten betrokken is: “Het belangrijkste is dat de huurder centraal staat. Zo zijn we sinds de zomer al bezig met de projecten die we volgend jaar gaan uitvoeren. We pakken van een heleboel dezelfde woningen één woning, die onze referentiewoning wordt. Dat is de basis en die berekenen we helemaal door. Vervolgens gaan we bij alle bewoners langs die mee willen doen, om te kijken in hoeverre hun huis afwijkt van de referentiewoning. Vaak krijgen ze een nieuwe voor- en achterdeur, waaruit ze een selectie uit een aantal deuren mogen maken. We bestellen de materialen die we nodig hebben, maken samen met de installateur en de schilder een inventarisatie en we kijken bijvoorbeeld ook of er asbest aanwezig is.”

Communicatie essentieel

“Dat voortraject is heel belangrijk”, gaat Reerink verder, “want zodra je begint, begint ook de overlast voor huurders. Ons uitgangspunt is dat je er beter in de voorbereiding wat meer tijd en energie in kunt stoppen, want dat verdient zich in de uitvoering terug. Communicatie is essentieel, dus komt onze uitvoerder een paar weken voordat we beginnen en vaak ook nog een dag voor aanvang langs bij de huurders. Om te kijken of alles lukt. En of alles klaar is. Dan kan hij de bewoner nog even attenderen op een schilderijtje dat hij beter weg kan halen. Het zijn maar kleine dingen, maar het voorkomt ellende op de dag van de start.”

Reerink vervolgt: “De buurt waarin we bezig gaan krijgt een brief. Zo scheppen we duidelijkheid. En als we in de woning komen, rollen we eerst een stucloper uit. Het lijkt simpel, maar het gebeurt steevast. We maken ons sterk voor ons werk, willen klachten voorkomen en als er een klacht is, lossen we die meteen op. Zo verdien je meteen een volgend project. Je bent te gast in een woning, dat houden we altijd in ogenschouw. Daarom willen we ook zo kort mogelijk binnen zijn. Je kunt niet beginnen in een woning en vervolgens twee dagen geen vaklieden aan het werk sturen. Het zijn ook echt specialisten die op deze klussen zitten, een speciaal team.”

Coronaprotocol

Tijdens de coronapandemie heeft Friso Oost maar een week of drie stilgelegen met verduurzamingsprojecten. Reerink: “We maakten een protocol. Normaal verduurzamen we een woning in enkele dagen, opereren we als een treintje. Nu was dat langer. Je mocht maar met twee mensen in een woning zijn, niet met een huurder in een ruimte tegelijk, we hadden desinfectiezuiltjes bij ons en mondkapjes op. Daar waren we heel streng in. Zo waren we de eerste aannemer die weer los kon gaan. Door heel kritisch te zijn. Zoals altijd, eigenlijk.”


KADER 1

 

Meer Friso Oost

Friso Oost werkt als zelfstandige vestiging voornamelijk in de Achterhoek en in Twente. Naast de verduurzamingsoperaties bij corporaties, werkt het bedrijf ook voor woningcorporaties bij reguliere renovaties. “En als een huurder opzegt, dan worden wij ook ingeschakeld voor mutatieonderhoud, om het weer geschikt te maken voor de volgende bewoner. Dat betekent veelal een nieuwe badkamer en keuken en andere zaken die nodig zijn om het huis weer als nieuw te krijgen. Met verschillende corporaties als vaste opdrachtgever zijn we goed voorzien. Ook voor de toekomst.”

Timmermans ziet vooral groei bij scholen, zorginstellingen en bedrijfspanden. Ook daarin speelt verduurzaming en leefklimaat een rol: “We gaan met ons eigen pand ook het voorbeeld geven. We gaan van het gas af, triple-beglazing plaatsen en zonnepanelen en een warmtepomp installeren. Er zijn veel panden die matig geïsoleerd zijn, daar zien we mogelijkheden, zeker in de kantorenmarkt.”

Net als in de particuliere sector: “Mensen hebben steeds vaker geld over voor bijvoorbeeld isolatie van vloeren en daken. Daarnaast zijn we steeds meer projecten zelf aan het ontwikkelen. Dus er is nog veel mogelijk.”


KADER 2

Samenwerking met Reimarkt

Bij enkele woningcorporatie in Twente en de Achterhoek is Friso Oost al een aantal jaren de vaste bouwpartner bij verduurzaming. Bij een aantal corporaties is Reimarkt de tussenpersoon tussen Friso en de corporatie. “We zijn een platform dat vraag en aanbod bij elkaar brengt”, legt Mathijs Vallinga van Reimarkt uit. “Wij coördineren en sturen de verduurzaming aan en zijn een verlengstuk voor de corporatie, zodat ze tot verduurzaming kunnen komen. Dat doen we bij verschillende corporaties en ook met andere bouwbedrijven.”

Vallinga looft de aanpak van Friso, die hij een voorbeeld voor andere bedrijven noemt. “Met name omdat ze zoveel tijd in de voorbereidingsfase steken. Daardoor zie je dat er tijdens de daadwerkelijke bouwfase weinig tijd verloren gaat. De trein loopt dan gewoon door.” Mede daardoor is de samenwerking in ieder geval bij Domijn in Enschede ook langdurig. “We gaan niet ieder jaar een aanbesteding uitschrijven. Als Friso het werk goed doet, dan zien wij geen reden om de samenwerking niet te continueren. Hopelijk gaat dat ook zo bij de nieuwe corporaties waarmee we samen de eerste pilotprojecten uitvoeren.”

“Bij Friso hebben we de garantie dat we goed werk krijgen. Weinig klachten bij huurders, weinig opleverpunten tijdens de bouw, weinig overschrijding van budget. Ze weten goed op relaties te sturen, met goede communicatie.”


Friso BouwgroepArtikel verscheen in het jubileumboek van Friso Bouwgroep, dat in 2021 uitkwam omdat het bedrijf 75 jaar bestond.
Als tekstschrijver voor de bouw ben ik er trots op dat ik hieraan mocht meewerken. Een prachtige aanvulling op mijn portfolio.